Het Inwaartse Licht heeft de Vrienden doen ervaren dat God rechtstreeks toegankelijk is voor iedereen die zoekt naar Licht en Leiding. Deze stille omgang met God roept ons tot het ontplooien van activiteiten die Gods liefde en zorg voor deze wereld realiseren. Het Licht geeft ons de energie om te bouwen aan het Koninkrijk van God in deze wereld, hier en nu.
Als Religieus Genootschap der Vrienden hebben we in de loop van onze geschiedenis een bijzondere visie ontwikkeld op het Koninkrijk Gods. Voor ons is dat niet een verafgelegen plaats in termen van tijd en ruimte, een soort van hiernamaals of alleen toekomstige tijd.
Quakers geloven in wat wel de ‘gerealiseerde eschatologie’ genoemd wordt: we geloven dat het Koninkrijk dichtbij is, dat het hier en nu begint en dat wij als Vrienden van Jezus daar deel van uitmaken. We ‘leven het Koninkrijk’ zeggen Quakers: we leven alsof het Koninkrijk er al is en door zo te leven, brengen we het dichterbij. Bijvoorbeeld, wanneer William Penn een vredesverdrag met de Indianen in Pennsylvania sluit, dan wordt op zo’n moment het vredesvisioen van Jesaja gerealiseerd.
Het ‘werk van God’ richt zich op de groei en ontwikkeling van ‘dat van God in ieder mens’, de Schepping van het goede. Dit werk is nog niet af, niemand kan geloven dat het Woord van God zich al ten volle heeft geopenbaard, maar het fundament van de Stad van God is al wel gelegd door Jezus. God bedient zich van menselijke werktuigen, en zij zien het als de eigenlijke taak van de mens om medewerker van God te zijn. Gods liefde kan zichtbaar worden in het werk dat wij doen.
Dat het broodnodig is hier en nu aan het Koninkrijk te bouwen, laat de wereld ons zien in allerlei onderling samenhangende crisissituaties en als gevolg daarvan een niet afnemend aantal gewapende conflicten en oorlogen. Desondanks blijven wij geloven dat het Licht op deze wereld schijnt, en dat iedereen tot het goede in staat is. De overtuiging dat iedereen, zonder uitzondering, ‘dat van God’ in zich draagt, is geen naïeve optimistische mensvisie, die alles wat mensen doen met de mantel der liefde bedekt. Sommige mensen houden hun ‘dat van God’ maar al te goed verborgen, ook voor zichzelf. Het betekent ook niet dat we niet over de daden van anderen zouden mogen oordelen, integendeel, het vermogen te oordelen is een van de geschenken die we hebben meegekregen. Het betekent wel dat we mensen een nieuwe kans geven, en niemand ooit totaal ‘afschrijven’.
We beseffen dat het nog veel inspanning en geduld zal vergen. Dat ons mensen zijn voorgegaan die met eindeloos geduld geprobeerd hebben Gods bedoelingen te verstaan. Dat zij zich liefdevol ingezet hebben voor hun medemensen, is een aanwijzing dat dit bouwen betekenisvol wordt wanneer we de Geest een kans geven. Nieuwe mogelijkheden voor vooruitgang openen zich. Nieuwe en rechtvaardige relaties tussen mensen worden mogelijk. Zij beginnen meer en meer te beseffen wat liefde en gemeenschap inhoudt. Gemeenschap betekent zorg hebben voor elkaar, maar ook: deel hebben aan het werk van God. Zoals een oude Quakeruitspraak zegt: wanneer gaan wij mensen ‘leven op een manier die elke aanleiding tot oorlog wegneemt?’ Wanneer zetten we ons daadwerkelijk in voor een duurzaam leven voor allen in deze wereld, voor gerechtigheid, vrede en heelheid van de Schepping?
Politiek kan niet overgeplaatst worden naar een plek ergens anders, maar moet worden erkend als een aspect van het leven dat net zo goed de roeping is van religieuze mensen en een religieuze organisatie als welk ander deel van het leven ook. Nee, meer dan dit, de ordening van de mens in een samenleving zodat hij de kans krijgt op een volledige ontplooiing, is en was altijd een van de voornaamste roepingen van het Quakerisme. Lucy F. Morland, 1919, QF&P, 23.06
Wij hebben de geest van Christus pas dan begrepen wanneer wij ons er helder van bewust zijn dat het Koninkrijk van God op aarde werkelijkheid kan worden door samenwerking van God en mens. Christus geloofde dat gewone mensen als wij in staat waren het zout en het licht der wereld te worden, in een wereld vol oorlog vredebrengers te zijn en een tweede mijl te gaan.
Rufus Jones, 1931.
De grote kracht die ik bij de Quakers heb gevonden, is dat zij zoveel overlaten aan de eigen inspanning, het zelf moeite doen, en zelf zoeken; dat zij zoveel overlaten en verwachten van Gods werk in ieder mens. Dat vertrouwen: ik kan gedeeltelijk iets vertellen, soms, als het gevraagd wordt – maar mijn werk is slechts mensenwerk – en God moet werken – dat vertrouwen op het werk van God in ieder hart – dat is een van de geheimen van de Quakers.
Corry Laman Trip, 1938
We weten dat Jezus zichzelf identificeerde met hen die lijden en de zondaars, de armen en de onderdrukten. We weten dat hij zich inspande om vriend te zijn van hen die sociaal uitgesloten worden. We weten dat hij ons waarschuwde voor de bedrieglijkheid van rijkdom, dat weelde en bezit gemakkelijk tussen ons en God kunnen komen en ons scheiden van onze naasten. Het aanbidden van het comfort van de middenklasse is zeer zeker een zijkapel in de tempel van Mammon. Het trekt echter grote gemeenten en ook Vrienden hebben haar bezocht. We weten dat Jezus een compassie had voor het volk en het vele zaken aangaande het Koninkrijk onderwees. Hij respecteerde de gewone mensen, sprak hen aan en had meer hoop op een reactie van hen dan van de rijken en de knappe koppen. Toch vleide hij de werkers nooit, stimuleerde in hen geen gevoelens van jaloezie en haat, en moedigde hen nooit aan de klas- senstrijd meedogenloos aan te gaan om voor hun eigen belangen op te komen. Hij riep hen op hun vijanden lief te hebben en voor diegenen te bidden die hen boosaardig misbruikten. Herbert G. Woods, 1958, QF&P, 23.03
De plicht van het Genootschap der Vrienden is de stem te zijn van de onderdrukten en zich er tegelijkertijd bewust van te zijn dat we zelf een deel van die onderdrukking zijn….. Laten we onszelf niet bedriegen door te geloven dat politieke actie alles is dat van ons gevraagd wordt, of dat onze persoonlijke relatie met God ons ontslaat van het actief confronteren van het kwaad in deze wereld. De politiek en sociale strijd moet aangegaan worden, maar een persoon is meer en heeft meer nodig dan alleen politiek, anders verkeren we in het gevaar dat we de hele wereld winnen, maar onze ziel verliezen.
Eva I. Pinthus, 1987, QF&P 23.04
Er is een wand die de wereld scheidt van het Koninkrijk van God.. Die scheidswand is onze beperktheid, onze zelfzucht, onze hardheid. Maar er breekt telkens een straal van dat Koninkrijk door een scheur in die wand. Maar ook als gewone mensen zich geven in de strijd voor de vrede, gerechtigheid, hulp aan anderen, daar breekt iets van dat Koninkrijk door, zoals een zonnestraal kan doorbreken door de zwarte wolken. Bram Burger, geciteerd in de Vriendenkring, 2003
Door hun afkeer van dogmatiek en theologiseren en de nadruk op ethiek, en de rol van stilte in hun samenkomsten, staan Quakers wellicht meer dan andere christenen open voor andere godsdiensten. Dat heeft van oudsher geleid tot intensieve onderlinge contacten.
George Fox schreef brieven aan een moslimleider in Algiers, daarbij vrijelijk citerend uit de Koran. Margaret Fell correspondeerde met Joden in Amsterdam, citerend uit het Oude Testament. In die zin zou men van zendingsijver kunnen spreken. De eerste Quakers probeerden zo van meet af aan het universele Licht ‘dat ieder mens verlicht’( Johannes 1:9) in volgelingen van andere godsdiensten aan te spreken. Ook zijn sommige Soefi teksten over het Licht voor Quakers heel herkenbaar. De Quakers die zich vestigden in Amerika, met name het door William Penn gestichte Pennsylvania, zochten een goede verstandhouding met de oorspronkelijke bewoners. Hierbij speelde ook het wederzijds respect voor elkaars godsdienst een belangrijke rol. De ‘Indianen’ namen soms zelfs deel aan de Quaker Stille Samenkomsten. Zij herkenden daarin de aanbidding van de ‘Grote Geest’.
Als gevolg van een concern van de Amerikaanse Quaker Douglas Steere is indertijd in Japan een dialoog ontstaan tussen christenen en zenboeddhisten. Tijdens de Vietnamoorlog werkten Quakers en Boeddhisten zij aan zij aan noodleniging en bezochten elkaars religieuze bijeenkomsten.
Dergelijke contacten vinden tegenwoordig nog steeds plaats, niet uit zendingsijver, maar uit de behoefte de onderlinge verstandhouding te verbeteren. Er wordt ook, van beide kanten, wezenlijke verwantschap en inspiratie gevoeld. Dat betreft dan vooral de mystieke richtingen binnen andere godsdiensten, waarin dogma en ritueel minder centraal staan: Soefi in Islam, Mindfulness in Boeddhisme en Zenboeddhisme.
Zo heeft de Vietnamese Boeddhist Thich Nhat Hanh met Quakers in Parijs gewerkt; zijn pad van liefde, het begrijpen en de vreugde van het volle bestaan is aan ons gedachtengoed zeer verwant. Niemand weet immers meer over God dan iemand… De nederige, zachtmoedige, genadige, rechtvaardige, vrome en toegewijde zielen behoren overal dezelfde God toe. Wanneer de dood het masker af heeft genomen, zullen ze elkaar kennen, hoewel de verschillende kledij die ze hier dragen hen vreemden voor elkaar maakt. William Penn, 1693, QF&P 19.28
O God geef mij Licht in mijn hart, Licht in mijn tong, Licht in mijn gedrag, Licht in mijn zien, Licht in mijn gevoel, Licht in ieder deel van mijn lichaam, Licht voor mij en Licht achter mij. Geef mij, ik smeek u, Licht aan mijn rechterhand en Licht aan mijn linkerhand, Licht boven mij en Licht beneden mij. O Heer, laat het Licht groeien in mij, geef mij Licht en verlicht mij. Soefi-gebed.
De grootste openbaring is de Stilte.
Lao Tse.
Door de Quakers ben ik in aanraking gekomen met mensen van verschillende religie en inzicht, die echter eenzelfde geweldloze instelling hebben. Het zijn geen passieve mensen, maar integendeel zeer bewust levenden, die kiezen voor liefde en gerechtigheid, maar met middelen die passen bij het doel waarvoor ze zich inzetten.
Inge Herrebout, 1981.
Henoch wandelde met God Jezus wandelde met zijn Vader Met wie wandel jij? Wij proberen als Quakers te wandelen met onze naasten en zodoende met God. Als je wandelt gaat het veel beter als je een kaart bij je hebt. Wij vragen ons al enige tijd af, welke kaarten en gids gebruiken wij?
Zijn het geschriften van George Fox en de oude Quakers – is het de Bijbel? Welke hedendaagse gidsen gebruiken wij? Kunnen en mogen we ook putten uit de gidsen van andere religies? Zendbrief Nederlandse Jaarvergadering, mei 1986.
De geestelijk leider van de Tibetaanse Boeddhisten, de Dalai Lama, zegt: “Men kan van het geestelijk pad geen enkele fase overslaan en slechts geleidelijk vorderen. Wie bij mediteren te snel succes wil raakt innerlijk verward of wordt teleurgesteld. Zoek eerst de vrede en harmonie in het dagelijks leven en tracht de geest van welgezindheid en vrede in de wereld te doen toenemen.” Leuntje Kuipers,1987
Een aantal Joden, waarvan sommigen het Joodse geloof praktiseren, zijn leden en bezoekers van Quaker groepen, hier en elders. Vrijzinnige Joden erkennen Jezus als een belangrijke profeet. Ik kan goed leven met dat perspectief. Jezus was door en door Joods. Ik denk niet dat Jezus een christen was; de ontwikkeling van de christelijke theologie komt voort uit de interpretaties van Paulus en anderen. Jezus was de belangrijkste leraar in mijn leven. Vele Joden hebben passie voor rechtvaardigheid, wat in overeenstemming met de profetische traditie. Als een Joodse vriend het eens tegen me zei: Quakers en Joden geloven beide dat we de verantwoordelijkheid hebben voor ‘tikun olam’; het repareren van de wereld. Dat concept is verbonden met het vrijzinnige Joodse concept van de ‘Messias’, niet geïdentificeerd als persoon, maar als een volwassen worden van vrede en gelijkwaardigheid wanneer alle volkeren naar de berg van Jahweh komen.
Helen Gould, 1992 In: This We Can Say – Australian Quaker Life, Faith and Thought, 1.67, 2004
Thema van onze Jaarvergadering is: ‘Luisteren naar, Spreken tot, Handelen met elkaar”. Het is dus de ernst en de zorgvuldigheid waarmee John Woolman ons de trits van Luisteren, Spreken en Handelen voorleefde die de essentie onzer bezinning is tijdens onze Jaarvergadering. Het valt op dat wij hier een thema hebben dat ook elders sterk leeft, de exponent is van een actuele spirituele stroming. Ik denk daarbij allereerst aan Thich Nhat Han, de boeddhistische
Zen-leraar, die een tijd lang ‘onderrichtte’ op het Parijse Quaker Centrum en na een verblijf in Amerika een retraiteoord heeft in de Dordogne. Centraal in zijn boodschap staat een begrip: ‘Mindfulness’, het aandacht hebben voor alle kleine details in het hier en nu, aandacht met betrekking tot ons zelf, tot de natuur, tot de anderen om ons heen. En wat is deze ‘mindfulness’ anders dan het thema: Luisteren naar, Spreken tot en Handelen met elkaar?
Daarnaast denk ik aan Raymond Panikkar, zoon van een Indiase vader en een Spaanse moeder, godsdienstfilosoof, puttend uit Indiase en Christelijke bronnen. In zijn boek “Heilige eenvoud” houdt hij een pleidooi ons leven zo eenvoudig mogelijk te houden, zodat we in nauw contact kunnen blijven met de Goddelijke bron. Hij ziet hierin het wezen van de roeping tot het monnik zijn; dus niet de celibataire staat of in een klooster gaan, maar in de eenvoud des levens, zoals John Woolman ons deze voorleefde. Anton van de Wissel, 1999
Quakerzijn houdt een relatie tot Christus in, waarvan ook Fox, Fell en anderen getuigden, aldus Michael Langford. Zeggen dat het Quakergeloof universeel is, betekent nog niet dat iedereen het zou moeten accepteren. Hij gelooft niet dat er zoiets zou kunnen of moeten zijn als één enkele wereldgodsdienst of een theologie voor iedereen.
De grootste godsdiensten hebben veel ideeën en ethische principes gemeen. Ze zetten zich allemaal in voor de menselijke waardigheid, maar vragen van hun aanhangers een toewijding, die veel Vrienden niet lijken te willen geven, aldus Michael. Veronderstellen dat aanhangers van andere godsdiensten zich zouden kunnen vinden in een overkoepelende filosofie of ethisch systeem waarvoor ten onrechte de naam “Quakerisme” gebruikt wordt, getuigt van weinig respect en is niet bevorderlijk voor waarachtige dialoog. Wanneer – vervolgt Michael – Quakers beter in staat zouden zijn te getuigen van hun eigen verstaan van het christelijke evangelie, zouden wij beter samen kunnen leven met aanhangers van andere godsdiensten.
Marianne IJspeert, 2003, in een bespreking van een artikel van Michael Langford “A Theology for Quakers”, In The Friend, januari 2003.
Vanaf de oprichting in 1948 van de Raad van Kerken in Nederland is de Nederlandse Jaar- vergadering al lid. Maar dit is een uitdaging én een uitzondering. Want de meeste andere Jaarvergaderingen zijn doorgaans geen lid van de Raad van Kerken in hun land. Veelal vormt het Quakergetuigenis tegen vastomlijnde geloofsbelijdenissen een struikelblok. In veel gevallen hebben nationale Raden van Kerken statuten waarin een inleidende tekst opgenomen is die heel dicht tegen een geloofsbelijdenis aan ligt. Ook in de Wereldraad van Kerken is de Quakerdeelname niet groot. Een aantal Amerikaanse Jaarvergaderingen verenigd in de koepelorganisaties Friends United Meeting en Friends General Conference, alsmede de Canadese Jaarvergadering zijn lid van de Wereldraad. Het Wereldcomité van de Quakers (Friends World Committee for Consultation – FWCC) wordt door de Wereld- raad niet gezien als kerk maar als een der wereldwijde geloofsgemeenschappen (net zoals de Lutherse Wereldfederatie of de Wereld Alliantie van Gereformeerde Kerken) en heeft op die basis een waarnemersstatus. Toch is de kleine Quakerpresentie merkbaar: met name op voorstel van de Quakers is het Centraal Comité van de Wereldraad van Kerken onlangs overgegaan tot het nemen van besluiten op basis van consensus.
Dat het deelnemen aan oecumenische samenwerkingsverbanden gevoelig ligt, heeft alles te maken met de geloofstraditie, de visie en de structuur van het Religieus Genootschap der Vrienden. Het is een traditie die veel nadruk legt op de “stille omgang met God”, die wars is van dogmatiek en die geen ambten, hiërarchische structuur en uiterlijke sacramen- ten kent. Een traditie die we zouden kunnen omschrijven als een “theologie-van-het-le- ven” met een rijke en lange geschiedenis van vooral hulp- en dienstbetoon, vredes- en verzoeningswerk. Met een nadruk op het ‘getuigenis in dienst’. Essentieel voor echte oe- cumenische ontmoetingen is voor ons Quakers dan ook dat we elkaar ontmoeten op basis van ieders “zelfverstaan als kerk”.[1] We verschillen van andere kerkgenootschappen in die zin dat wij historisch gezien onmiskenbaar christelijk zijn, maar weigeren ons verstaan van wat het betekent een navolger van Jezus te zijn te verbinden aan een verbale formule of een vastgelegde wijze waarop mensen heil en genade kunnen vinden. Tegelijkertijd spoort de Quakertraditie ons aan te zoeken naar ‘waar woorden vandaan komen’, [2] naar de bron, de inspiratie, de diepere betekenis achter woorden, dus ook die van vertegenwoordigers van andere geloofsgemeenschappen.
Tegen die achtergrond ervaren vele Quaker Jaarvergaderingen de preambule van de (Wereld)Raad van Kerken toch als een barrière. De Nederlandse Jaarvergadering heeft zich indertijd over die aarzeling heen gezet en participeert actief in de Raad en zijn Be- raadgroepen. Bij een herziening van de statuten van de Raad in 1968 werd er omwille van het Genootschap een voetnoot opgenomen. Hierin werd bepaald dat kerkgenootschap- pen die, omdat zij geen omschreven geloofsbelijdenis kennen, de bewoordingen van de preambule niet konden onderschrijven, maar wel het geloof daarin uitgedrukt delen, toch lid kunnen zijn van de Raad. Overigens is ook de Britse Jaarvergadering op grond van een soortgelijke uitzonderingsclausule lid van de nationale Raad van Kerken in het Verenigd Koninkrijk.
Als Quakers proberen we op onze geheel eigen wijze kerk te zijn, maar we beseffen dat we niet de gehele kerk zijn. Wij voelen ons dus geroepen samen met anderen te zoeken naar Gods wil; te leren welk getuigenis Jezus van ons verwacht. Wij zijn geroepen samen met anderen te bouwen aan het Koninkrijk van God hier en nu. In die zin vinden wij het “ be- raad over en het gestalte geven aan de samenwerking en eenheid van de kerken in getuige- nis en dienst” (Statuten RvK, art. 2 a) een wezenlijke uitdaging.
Quakers voelen zich echter minder aangesproken door wat in de oecumene wel genoemd wordt de ‘zonde van de verdeeldheid van de kerk’. George Fox hield ons voor dat “het Licht één is en ons tot eenheid leiden zal…” Wezenlijke vraag is dus hoe onderling verdeel- de gelovigen op een geloofwaardige wijze aan vrede en verzoening in deze wereld kunnen werken.
Vrienden zien andere kerken vaak als een statisch geheel, terwijl ook andere kerkgenoot- schappen zich voortdurend ontwikkelen. Vrienden die bewust een andere kerk verlieten en Quaker werden, denken soms dat hun oorspronkelijke geestelijke thuis blijft zoals het was toen zij het verlieten. Juist de rijke verscheidenheid in de oecumene kan ook ons Qua- kers verrijken en inspireren. Zo is de Raad van Kerken in Nederland de afgelopen jaren versterkt en verrijkt doordat ook geloofsgemeenschappen als de Zevende Dags-Adventis- ten en enkele Orthodoxe kerken lid zijn geworden.
Eenheid in verscheidenheid houdt voor ons in dat wij elkaar blijven uitdagen in plaats van de verschillen te laten voor wat ze zijn. We kunnen het waar nodig ‘liefdevol oneens zijn met elkaar’, zoals wij dat in onze Quakertraditie soms noemen. Bijvoorbeeld waar het de fundamentele gelijkheid van allen, man en vrouw binnen de geloofsgemeenschap betreft.
Voor Quakers gaat echter de ‘gevoelde’ eenheid vooraf aan, ja zelfs vóór de ‘geformuleer- de’ eenheid. Wij kunnen – ondanks verschillen in geschiedenis, leer en organisatiestruc- tuur – bij vertegenwoordigers van andere geloofsgemeenschappen binnen de bredere christelijke kerk voelen dat wij allen geleid worden door dezelfde Geest Gods bij het getuigenis in woord en daad. Wij zijn één in de navolging, alleen verschillend in de wijze waarop wij daaraan vormgeven. De Nederlandse Quakers hebben daarom het Conciliair Proces voor ‘Gerechtigheid, Vrede en Heelheid van de Schepping’ voluit gesteund en zelfs onder de aandacht van het Wereldcomité van de Quakers (FWCC ) gebracht. Ook het oecumenisch decennium ‘ Geweld niet gewild’ (‘Decade to Overcome Violence’) ligt ons na aan het hart.
Dus in plaats van de oecumenische samenwerking telkens ter discussie te stellen, zijn wij er van overtuigd dat de praktische voordelen van samenwerking met andere kerkge- nootschappen en geloofsgemeenschappen rond de grote uitdagingen van onze tijd het deelnemen aan de (wereld)oecumene meer dan rechtvaardigen. Het is urgent dat we ons gezamenlijk concentreren op vragen die de toekomst van de hele mensheid, van de hele wereld aangaan, dat we ons gezamenlijk verzetten tegen de tweedeling in de wereld, tegen oorlog en geweld, tegen vervuiling, vernietiging en verspilling van de natuurlijke bestaansbronnen.
In een verslag van een gesprek tussen een delegatie van de toenmalige Sectie Geloofsvra- gen, de secretaris van de Raad van Kerken en een vertegenwoordiging van het Religieus Genootschap der Vrienden en het Leger des Heils in 1982 kwam destijds al naar voren dat wij vanuit deze beide tradities grote moeite hebben met de wijze waarop in de oecumene telkens weer de eenheid van de kerk als gemeente van Jezus naar ons gevoel gereduceerd wordt tot een groep van gedoopte mensen die het sacrament van het avondmaal prakti- seren. Er is telkens sprake van een sterke veruiterlijking van geloof en sacraal leven, dit terwijl beide genoemde tradities meer leven vanuit de verinnerlijking daarvan.
Het Leger des Heils schreef in een reactie op het rapport Baptism, Eucharist and Mi- nistry (BEM) onder meer dat ‘het voortdurende bestaan van het Leger des Heils en het Genootschap der Vrienden een dergelijke definitie (van de kerk) ongeldig maken’ en dat het ‘betreurenswaardig is dat de oprechte overtuiging van non-sacramentele christenen genegeerd worden’. [3]
In het door alle deelnemers goedgekeurde gespreksverslag van 1982 staat als een van de conclusies dat: ‘de kerken die aan de sacramenten veel waarde hechten moeten zich laten gezeggen door het protest van SF (de Quakers) tegen het ritualisme en de veruiterlijking die de sacramentele praktijk aankleven.’ [4] Vanuit onze geloofstraditie, waarin wij vastomlijnde geloofsbelijdenissen en dogma’s afwijzen, uiterlijke sacramenten als doop en avondmaal verinnerlijkt hebben, geen bijzondere ambten kennen, herkennen wij ons wél in het gemeenschappelijk bouwen aan Gods Koninkrijk op aarde en kunnen we alleen reageren door te stellen dat het onze overtuiging is dat de eenheid van de kerk eenvoudigweg gege- ven is in het ja-zeggen tegen de navolging van Jezus.’
In dezelfde geest schreven de Canadese Quakers in hun reactie op het BEM-rapport: ‘Wij zien verschillen in theologische uitdrukkingsvormen en in het praktiseren (van ons geloof ) als een bron van groei en een gelegenheid om onze eigen spirituele ervaring te verrijken. Wij geven er de voorkeur aan de voortdurende diversiteit te vieren, waarbij we allen vrij kunnen gaan daar waar de Geest ons leidt. Voor ons moet eenheid gevonden worden en zal ze verder groeien in het vieren en werken samen en door het delen van onze individuele spirituele zoektochten’. [5]
Wat betreft de Toronto-verklaring dat kerken met elkaar in dialoog zijn op basis van ieders ‘zelfverstaan als kerk‘ moet ons dus tegen de achtergrond van het voorgaande van het hart dat er tot dusverre niet echt goed geluisterd is naar onze eerdere pogingen ons zelfverstaan als Quakers in de vorm van reacties op notities van de Raad en in het oe- cumenisch gesprek. Er is zelfs nooit een poging gedaan om het minderheidsstandpunt van het Leger des Heils en de Quakers in deze in notities van de Raad op te nemen en te verduidelijken. Het is juist de ‘sociaalgeëngageerde oecumene’, het werken aan gerech- tigheid, vrede en heelheid van de Schepping als kerk en als gelovigen, die onze leden het meest aanspreekt.
Voor ons is dat werken aan gerechtigheid, vrede en heelheid van de Schepping inderdaad een geloofszaak, zo u wilt, een kwestie van belijden. Daarbij gaat het zowel om de trans- formatie van de internationale economische en rechtsorde, als het zich lokaal inzetten voor onze medemensen. Wat het eerste betreft zetten de Quakers zich al jaren in als erkende non-gouvernementele organisatie bij zowel de Verenigde Naties als de Europese Unie voor gerechtigheid, vrede en heelheid van de Schepping Wat het laatste betreft zijn de meeste van onze leden in hun dagelijks leven maatschappelijk actief.
U stelt de vraag of spiritualiteit en engagement wel bijeen te houden zijn. Voor ons zijn het zoeken naar de stille omgang met God in onze samenkomsten en het van daaruit geïnspi- reerde engagement om te bouwen aan het Koninkrijk Gods in deze wereld onlosmakelijk met elkaar verbonden.
Uit: Reactie Nederlandse Jaarvergadering op de notitie ‘Het doel is de weg’ van de Raad van Kerken in Nederland, 2009.
Onze groep sluit zich echter niet af voor de bewuste beïnvloeding door niet-Quakers, die wellicht een ander deel van Gods openbaring aan de mensheid beter gezien hebben dan wij. Dit achten wij de grote kans op correctie voor onszelf, want wij weten zeer goed dat wij niet volmaakt zijn noch volmaakt kunnen begrijpen of beschrijven. Wij moeten open blijven staan om tot een beter en zuiverder verhouding tot God te kunnen komen.
Daan Daamen, 1935
In onze besprekingen kwamen wij steeds tot het punt dat onze essentiële verantwoordelijkheid, die aan al onze praktische problemen ten grondslag ligt en haar verenigt, onze verhouding tot God is, de liefhebbende Vader van de gehele mensheid. Alle ware religie is gebaseerd op een innerlijke ervaring van God, die door ons wil werken en die ons de kracht wil geven om aan zijn wil te gehoorzamen. Zo kunnen wij de vreugde ervaren van in harmonie met God en zijn hele Schepping te zijn en hierin uitdrukking van ons geloof vinden. Zowel door ons persoonlijk leven als die gemeenschappelijke activiteiten kunnen wij wederzijds begrip, verzoening en samenwerking bewerkstelligen tussen botsende groepen en enkelingen
Zendbrief van de Jonge Vrienden, 1948
Nauw voelen wij ons verbonden met onze medechristenen, toen wij besloten een waarne- mer naar de Oecumenische Raad der kerken te zenden, ten einde zo nauw als dat met onze ondogmatische grondslag verenigbaar is met de Wereldraad der Kerken samen te werken tot wederzijdse geestelijke verrijking en tot leniging van de nood der wereld.. Zendbrief Nederlandse Jaarvergadering, 1955
Als Quaker respecteer ik dat van God in iedere geloofsgemeenschap, geef ik anderen niet alleen de ruimte hun geloof op de hun eigen wijze te uiten, maar zoek ik de ervaringsuitwisseling om daarvan te kunnen leren. Als ik niet open sta voor hen, waarom zou ik dan verwachten – nee hopen – dat andersdenkende medegelovigen zich iets door ons erfgoed laten gezeggen?
Zo ben ik – op jullie verzoek – midden in de Raad van Kerken gaan staan, waar onze partici- patie op hoge prijs wordt gesteld. Ook de Doopsgezinde Sociëteit, de Remonstrantse Broeder- schap, Het Leger des Heils, de Nederlandse Protestanten Bond en de Basisbeweging zouden zich m.i. academische vragen kunnen stellen of zij een sekte of een kerk zijn, zonder aan de wezenlijke vraag wat zij als geloofsgemeenschap voor deze wereld zijn, toe te komen. Zij allen participeren – godzijdank – actief in de Raad. Zodoende mogen we leren van elkaar wat het betekent kerk te zijn in de wereld van vandaag.
Kees Nieuwerth, 1984
Moeten we als Dopers en Quakers ons niet nog intensiever inzetten om het militarisme écht op de agenda van de (Wereldraad van) kerken te krijgen? Willen we straks op de Wereldconvo- catie geloofwaardig overkomen, dan dienen wij ons in de komende jaren aantoonbaar tegen de onrechtvaardigheid, het militarisme en de vernietiging van het milieu door en in ons eigen land te verzetten!
Reactie van Opperhoofd Papunehang van de Delaware op de bijdragen in de Stille Samenkomst die hij bijwoonde, vertaald voor John Woolman: “I love to hear where words come from”, Journal and major essays of John Wool- man,1971
Een religie probeert de realiteit die onder het gewone leven ligt te bereiken: de unieke innerlijke ervaring die aanvoelt als genade, een niet uit te drukken waarheid. Door de tijd heen hebben kerken geworsteld om mensen te helpen om dat buitengewone in het gewone te herkennen, of zoals Quakers het zeggen: dat van God te vinden in hun dage- lijkse leven. Die beleving en herkenning proberen veel kerken op te roepen door bepaalde omstandigheden te scheppen. In religieuze taal worden deze uiterlijke woor-den, symbo- len en handelingen, die tekenen zijn van een innerlijke ervaring of genade, ‘sacramenten’ genoemd.
De Quakertraditie kent geen uiterlijke sacramenten. Voor
de meeste kerken zijn de sa- cramenten wezenlijk verbonden met de
geloofsbeleving van hun leden. Zo zijn doop en de eucharistie of
avondmaalsviering van oudsher door de kerken opgevat als exclusieve
tekenen van de vereniging van Christus met de gemeenschap van gelovigen:
de kerk. De elementen van water, brood en/of wijn zijn onlosmakelijk
onderdeel van die vieringen. Quakers zijn een andere weg gegaan. Quakers
zeggen niet dat de viering van de sacramen- ten verkeerd is, wel menen
zij dat die viering niet essentieel is voor een oprecht discipel- schap
van Jezus en het ervaren van Gods nabij-zijn.
Quakers hebben er moeite mee als het sacrament als
voorwaarde wordt gesteld voor het volledig deelnemen aan de
geloofsgemeenschap. Zij vinden dat de werkelijkheid van Gods
aanwezigheid ervaren kan worden zonder die uiterlijke tekenen. Zij
willen die aanwezig- heid ervaren in een stil wachten en hun diepste
mystieke beleving met anderen delen als een gemeenschap in Gods Geest.
De Geest die ons aanspoort te leven voor een wereld waarin vrede en
gerechtigheid geweldloos werkelijkheid worden. Zo is het hele leven
sacrament.
Het begin van de Quakergeloofsgemeenschap ligt in het verlangen van
de aanwezigen naar de vertrouwelijke omgang met God (Psalm 25:14) en het
geloof dat in ieder mens het vermogen schuilt om gehoor te geven aan
Gods opdracht het goede te kennen en te doen, zoals Jezus van Nazareth
ons dat heeft voorgeleefd.
Want het is geen uiterlijke zaak of uiterlijk doen dat baten
kan.(…) Nee, o nee: het is het verborgen leven, een verborgen tempel,
een verborgen dienst en dat in Gods tijd. Ja, het is een verborgen maan,
een verborgen avondmaal. William Penn, 1677. In: De Oude Waarheyd Ontdekt, Rotterdam, 1684, blz. 41.
Echt geloven (echte vroomheid, godsvrucht) beweegt mensen niet
zich van de wereld af te keren, maar maakt het hen mogelijk beter in de
wereld te leven en stimuleert hun pogingen de wereld te verbeteren. William Penn, 1682, QF&P 21.17
De ideale daadkracht ontstaat pas, als ik de levende relatie voel
met de omringende wereld. Een gevoel van verbondenheid met al wat
leeft, dat in mij het besef wakker roept verant- woordelijk te zijn voor
het grote Leven, dat ik ook als mijn leven voel. Dit gevoel van relatie
is, althans in mij, niet altijd levend. Moet ik nu alle werk achterwege
laten en wachten tot die ervaring zich herhaalt? Neen, want het een
vloeit uit het andere voort. De moeilijkheid begint pas, als we die
relatie missen en onze taak niet meer duidelijk voor ogen staat. Aad van Oosten, 1957
Het luisteren naar de stem in ons, het afsteken naar de diepte,
het met niets durven wagen, zoals George Fox, die een zoeker was en alle
uiterlijkheden als hulpmiddel, als niet ter zake doende afwees, dat
vraagt van ons een bereidheid en toewijding die we als het ware elke dag
moeten veroveren. Maar ieder mens die het grote moment van de
ontmoeting en de overgave heeft gekend, weet waar Jan Luyken de dichter over sprak toen hij schreef:
Ik meende ook de Godheid woonde verre, in enen troon, hoog boven de maan en sterre,
en hefte menigmaal mijn oog, met diep verzuchten naar omhoog.
Maar toen gij u beliefde t’ openbaren, toen zag ik niets van boven nedervaren,
maar in de grond van mijn gemoed, daar werd het lieflijk en zoet, daar kwaamt gij uit der diepte uitwaarts dringen en als een bron mijn dorstig hart bespringen, zodat ik u o God bevond, te zijn den grond van mijnen grond.
( Jan Luyken 1649 – 1712)
Die ontdekking dat na het afstropen van uiterlijkheden iets heel
bijzonders als cel, als kern geboren wordt en dat er niemand buiten
jezelf en dat van God nodig is, dat is een kernpunt. Miep Lieftinck, 1982.
Om een goed begrip te krijgen van Quakers met betrekking tot de
sacramenten is het zinvol een blik op de geschiedenis van de Quakers te
werpen. De eerste Quakers vonden elkaar niet in een nieuwe interpretatie
van de sacramenten of het kerk-zijn in ecclesiologische zin, maar in de
existentiële geloofservaring en het getuigenis van Gods verbond met
mensen, de herkenning van zijn vernieuwende geest in Jezus. Tussen de
andere christenen willen Quakers een beschei- den weg zoeken zonder de
uiterlijke zekerheden van dogma’s en sacramenten. Daar waar instituties,
rituelen, vormen van exclusiviteit en machtsstructuren in de gevestigde
kerken belemmeringen gingen vormen voor een persoonlijke
geloofservaring, kozen Quakers voor een ingetogen, gezamenlijk in
stilte, wachten op God, zonder orde van dienst. Zonder voorganger of
ambtsdrager, zonder gemeentezang, zonder formuliergebeden en zonder
sacramenten. Het begin van de geloofsgemeenschap ligt niet bij de
sacramenten als heilsinstellingen of sym- bolen, maar bij het diepe
verlangen naar en de ervaring van de gemeenschap, de verborgen omgang
met God. Als wij zeggen dat de Quakers de sacramenten van doop en
avondmaal kennen in hun inner- lijke betekenis dan verwijst dit naar de
ervaring van vernieuwing en gemeenschap in Gods Geest als een
onbemiddeld gebeuren. Zij hebben dat niet naar de letter uit het
evangelie leren kennen, maar in hun persoonlijk leven en in de gemeente
(geloofsgemeenschap) in een levend getuigenis ervaren. Zonder de waarde
van de verschillende tekenen zoals die voor vele chris- tenen
onverbrekelijk met hun geloof verbonden zijn te ontkennen, vinden
Quakers elkaar in een geloofsbeleving die zich onthoudt van rituelen die
vóór de geloofservaring uit kunnen gaan of deze in een onbedoelde
veruiterlijking gevangen zouden kunnen houden. In het breken en eten van
brood kan na het laatste avondmaal dat Jezus met zijn discipelen had
altijd het per- spectief liggen van het herstel van de gemeenschap van
God met de mens en de gemeenschap van mensen onderling (communio). De
tafel waaraan de mensen aanzitten en hun dagelijks brood nuttigen wordt
ook de ‘tafel des Heren’ als zij brood breken en (wijn) drinken te
zijner gedachtenis. De Quakers hebben gebroken met de kerkelijke
gewoonte om de ‘tafel des Heren’te beperken tot een rituele c.q. sacrale exclusiviteit en/of de verplichting van een wekelijkse of jaarlijkse deelname. Over
het ambt zegt een Quaker geschrift uit 1944: ‘Quakers wilden dat iedere
stap en tussen- station van zaligheid en eredienst een levend proces
waren. Zij zijn beducht voor formules die een verondersteld heilig
effect hebben. Zij hoeden er zich voor formele ambtsdragers te hebben
die tot een speciale klasse behoren en geacht worden over bijzondere
krachten te beschikken die anderen missen’ (Rufus Jones, geciteerd door
Gerald Hibbert in “Friends and the Sacra- ments”. Dit laatste geeft aan
waarom Quakers het ambt niet kennen. Er is sprake van een volledig
priesterschap der gelovigen. Het is de logische consequentie van de
afwezigheid van de uiterlijke sacramenten. De samenkomsten vinden dan
ook plaats op basis van dit ‘priester- schap’ van de gelovigen en in
volledige gelijkwaardigheid van ieder om daaraan uitdrukking te geven.
Uit: Reactie Nederlandse Jaarvergadering op het rapport ‘Doop, Avondmaal en Ambt’ (BEM-rapport) van de Wereldraad van Kerken, 1985.
Van oudsher hebben mensen hun religieuze ervaringen en opvattingen zowel mondeling als schriftelijk onder woorden gebracht en daarmee een bijdrage geleverd aan de vorming van geloofsgemeenschappen en hun geschiedenis. Ook zijn zulke teksten individuen tot steun geweest om hun weg in het leven te vinden.
Maar laten we niet vergeten dat woorden en geschriften slechts de
afspiegeling zijn van wat we als de essentie van geloven ervaren. Met de
menselijke taal beschikken we weliswaar over de mogelijkheid onze
gevoelens en ervaringen te ordenen en rationeel inzichtelijk te maken,
maar woorden kunnen mensen zowel verbinden als scheiden. Soms krijgen
zij een dwingend karakter in de vorm van leerstelligheden of een dogma,
daarbij onrecht doend aan het proces waarin waarheid zich ontvouwen kan.
De Quaker traditie getuigt van een zekere schroom voor “het laatste
woord”. Quakers willen afzien van de toe-eigening van een finale
waarheid zoals vastgelegd in dogma’s. Juist vanuit de persoonlijke
ervaringen ontstaat de verscheidenheid die karakteristiek is voor de
Quaker gemeenschap door de eeuwen heen. In de stilte, het zwijgen, wordt
de ruimte gevonden om als individu en gemeenschap de grond van ons
bestaan, God, Gods Licht, te zoeken en te ervaren. Quakers zien het
belijden van geloof niet als leerstelligheid, maar als geleefd en
beleefd geloven. Zij willen openstaan voor voortgaande openbaring, nieuw
licht, zoals Jezus dat gedaan heeft. Respect voor het uniek zijn van
ieder mens en “dat van God in ieder mens” verwijst naar de
onvervreemdbare eigen verantwoordelijkheid van ieder mens voor geloven
en werken.
En waarde Vrienden wees teder over de Waarheid Gods en over de
heilige naam des Heren die door ons beleden wordt opdat niet alleen een
belijdenis van de waarheid mag worden gemaakt door woorden, maar dat wij
mogen beleven hetgeen wij in woorden belijden: zulks dat het
onderscheid tussen ons en anderen niet alleen mag bestaan in woorden en
belijdenissen, maar dat ons leven en omgang onze belijdenis mag
versieren en kronen en dat het allervoornaamste onderscheid tussen ons
en hen mag bestaan in onze omgang en wandeling, zodat die tot anderen
mogen prediken en dat onze dagelijkse conversatie onze belijdenis
versieren en onze woorden uitdrukken mag. Want dat is hetgeen waarop de
Heer ziet; en niet op gedaante, noch wat beleden wordt, maar op hetgeen
beleefd wordt. Stephen Crisp, 1674 Uit: “Een Zendbrief aan de Vrienden in Holland, Friesland, Embden, Holstein, Hamburg, Dantzig, de Pfalz en elders” In: De Oude Waarheyd Ontdekt, Rotterdam, 1684, blz. 129
Wij ervaren wanneer wij samenkomen met liefde in ons hart en de
oprechte wens om te trachten ons van het kleinmenselijke te ontdoen, dat
God ons dan veelal de kracht schenkt om elkaar daadwerkelijk te
steunen, te troosten en meer licht te geven, soms ook door een woord,
dat een van ons zich in oprechtheid gedrongen voelt te spreken. We
stellen ons geenszins tegenover kerkgang of preek, maar voor ons
persoonlijk leven putten wij grote kracht uit deze stille, scheppende
gemeenschap met God, die ons in onze beste ogenblikken geschonken wordt. Eerste vlugschrift van de Nederlandse Jaarvergadering, 1931.
Ons religieus leven is naar (van) buiten gezien zeer eenvoudig, en vraagt daarom van ons een
voortdurend bewust zijn van God. Dat is zeker voor vele mensen
moeilijk. Maar wij, wij Vrienden als groep en als individu moeten meer
en meer trachten minder zelfbewust te worden, maar bescheiden naar
anderen zien en vooral moeten wij nooit vergeten dat het niet onze
boodschap is maar die van God. Karl Heinz Pollatz, 1939.
Godsdienstig streven dat tot handelen leidt heeft zijn wortels in
overtuiging, ons door inzicht geopenbaard en waaraan onwrikbaar wordt
vastgehouden. Dat noemen we gewoonlijk “geloof ”. Dat komt op de eerste
plaats. ‘Het geloof nu is de zekerheid der dingen die men hoopt en het
bewijs der dingen die men niet ziet’ (Hebr. 11:1)
Het ware geloof wordt gekenmerkt door zijn duurzame aard, geboren
uit een persoonlijke ervaring van het bestaan van de levende God, hoe
onvolkomen en beperkt dat inzicht ook moge wezen. Voor ons allen is het
zowel onvolmaakt als beperkt in zijn zuiverheid. Het ware geloof
noopt ons te streven naar verdieping van ons inzicht en versterking van
onze overtuiging. Hierop is veelal ons gebed gericht, in onze
binnenkamer zowel als samen met anderen in onze openbare eredienst.
Beide vormen van aanbidding hebben hun betekenis in het leven van de
meesten onzer.Frank Blackwell, 1983.
Elke omschrijving schiet tekort; de belevenis blijft primair en onaantastbaar.Eg van Meer, 1986.
De eerste te beantwoorden vraag is: ‘Wat geloven Quakers over
geloof?’ Quakers zien Christen-zijn niet als een verzameling
leerstellingen of traditionele gebruiken, maar in essentie als een
ervaring en een levensweg gebaseerd op die ervaring. Het centrale doel
van de vroege Vrienden in het midden-zeventiende eeuwse Engeland was de
Kerk terug te brengen van
een christendom van ideeën (die zij ‘noties’ noemden) en
uiterlijke vormen naar een levende ervaring die tot uiting komt in een
levenswijze. Zij betoogden ook dat de mogelijkheid van die ervaring
openstond voor iedereen en niet alleen voor een uitverkoren, een
bevoorrechte kleine groep. Geloofsbelijdenissen zijn een poging om
ervaring te formuleren en te beschrijven, terwijl rituelen een poging
zijn om de wijze waarop ervaring gecommuniceerd kan worden vast te
leggen. Het is gemakkelijk, zelfs al te gemakkelijk, te veronderstellen
dat onze woorden Gods Woord zijn.
William Oats, 1990 In: This We Can Say – Australian Quaker Life, Faith and Thought, 1.65, 2004
De nieuwe betekenis van ‘geloven’ werd voor mij geformuleerd
tijdens een internationale vredeskerkbijeenkomst waar ik was namens de
Jaarvergadering: iemand beantwoordde mijn vraag wat ‘geloven’ eigenlijk
inhield met: ‘vertrouwen’. Geloven is vertrouwen op God, op de beschikbaarheid van goddelijke leiding!, combineerde ik. Daarmee viel dat begrip uit de Quakerliteratuur op zijn plaats. Wim Nusselder, 1996
Het opschrijven in een paar regels van wat ik nu eigenlijk vind
en geloof bleek voor mij een enorme opgave. Maar uiteindelijk kwam er
het navolgende uit: Vragen als “waar kom ik vandaan en waar wil ik naar
toe?” en “Wat is de zin van alles?” behoren tot de diepste menselijke
vragen. De oorzaak en de zin van het bestaan kun je door een bijzondere
inspiratie direct in jezelf ervaren. Het gaat om een innerlijke gids
waardoor het goede zich aan je openbaart. Erik Hummels, 2001.
We gebruiken cookies op onze website om u de meest relevante ervaring te bieden door uw voorkeuren en herhaalde bezoeken te onthouden. Door op "Alles accepteren" te klikken, stemt u in met het gebruik van ALLE cookies. U kunt echter "Cookie-instellingen" bezoeken om een gecontroleerde toestemming te geven.
This website uses cookies to improve your experience while you navigate through the website. Out of these, the cookies that are categorized as necessary are stored on your browser as they are essential for the working of basic functionalities of the website. We also use third-party cookies that help us analyze and understand how you use this website. These cookies will be stored in your browser only with your consent. You also have the option to opt-out of these cookies. But opting out of some of these cookies may affect your browsing experience.
Necessary cookies are absolutely essential for the website to function properly. These cookies ensure basic functionalities and security features of the website, anonymously.
Cookie
Duur
Beschrijving
cookielawinfo-checkbox-advertisement
session
Set by the GDPR Cookie Consent plugin, this cookie is used to record the user consent for the cookies in the "Advertisement" category .
cookielawinfo-checkbox-analytics
11 months
This cookie is set by GDPR Cookie Consent plugin. The cookie is used to store the user consent for the cookies in the category "Analytics".
cookielawinfo-checkbox-functional
11 months
The cookie is set by GDPR cookie consent to record the user consent for the cookies in the category "Functional".
cookielawinfo-checkbox-necessary
11 months
This cookie is set by GDPR Cookie Consent plugin. The cookies is used to store the user consent for the cookies in the category "Necessary".
cookielawinfo-checkbox-others
11 months
This cookie is set by GDPR Cookie Consent plugin. The cookie is used to store the user consent for the cookies in the category "Other.
cookielawinfo-checkbox-performance
11 months
This cookie is set by GDPR Cookie Consent plugin. The cookie is used to store the user consent for the cookies in the category "Performance".
CookieLawInfoConsent
1 year
Records the default button state of the corresponding category & the status of CCPA. It works only in coordination with the primary cookie.
viewed_cookie_policy
11 months
The cookie is set by the GDPR Cookie Consent plugin and is used to store whether or not user has consented to the use of cookies. It does not store any personal data.
wordpress_test_cookie
session
This cookie is used to check if the cookies are enabled on the users' browser.
Functional cookies help to perform certain functionalities like sharing the content of the website on social media platforms, collect feedbacks, and other third-party features.
Performance cookies are used to understand and analyze the key performance indexes of the website which helps in delivering a better user experience for the visitors.
Analytical cookies are used to understand how visitors interact with the website. These cookies help provide information on metrics the number of visitors, bounce rate, traffic source, etc.
Cookie
Duur
Beschrijving
CONSENT
2 years
YouTube sets this cookie via embedded youtube-videos and registers anonymous statistical data.
Advertisement cookies are used to provide visitors with relevant ads and marketing campaigns. These cookies track visitors across websites and collect information to provide customized ads.
Cookie
Duur
Beschrijving
VISITOR_INFO1_LIVE
5 months 27 days
A cookie set by YouTube to measure bandwidth that determines whether the user gets the new or old player interface.
YSC
session
YSC cookie is set by Youtube and is used to track the views of embedded videos on Youtube pages.
yt-remote-connected-devices
never
YouTube sets this cookie to store the video preferences of the user using embedded YouTube video.
yt-remote-device-id
never
YouTube sets this cookie to store the video preferences of the user using embedded YouTube video.
yt.innertube::nextId
never
This cookie, set by YouTube, registers a unique ID to store data on what videos from YouTube the user has seen.
yt.innertube::requests
never
This cookie, set by YouTube, registers a unique ID to store data on what videos from YouTube the user has seen.