Bibliotheek Amsterdam

De bibliotheek van de Amsterdamse Maandvergadering bevindt zich in het Quaker centrum op de Vossiusstraat 20. Bezoekers van de stille bijeenkomst nemen daar na afloop graag een kijkje en lenen soms een boek. AuteurTitelUitgever Aalders, C.Onze Vader: over het...

Catalogus bibliotheek Den Haag

TitelOnderwerpLocatie in biebGeleend door:Datum: Achterhuis H.Filosofen van de derde wereldFilosofieA33 Alcantara P. vanOnderwijzing om wel te bidden en te mediterenMystiekA03 Alexander H.India since CrippsGreat thinkersA18 Allen D. Pacifism in the modern worldQuaker...

3.11 Quakers en andere godsdiensten

Door hun afkeer van dogmatiek en theologiseren en de nadruk op ethiek, en de rol van stilte in hun samenkomsten, staan Quakers wellicht meer dan andere christenen open voor andere godsdiensten. Dat heeft van oudsher geleid tot intensieve onderlinge contacten.

George Fox schreef brieven aan een moslimleider in Algiers, daarbij vrijelijk citerend uit de Koran. Margaret Fell correspondeerde met Joden in Amsterdam, citerend uit het Oude Testament. In die zin zou men van zendingsijver kunnen spreken. De eerste Quakers probeerden zo van meet af aan het universele Licht ‘dat ieder mens verlicht’( Johannes 1:9) in volgelingen van andere godsdiensten aan te spreken. Ook zijn sommige Soefi teksten over het Licht voor Quakers heel herkenbaar.
De Quakers die zich vestigden in Amerika, met name het door William Penn gestichte Pennsylvania, zochten een goede verstandhouding met de oorspronkelijke bewoners. Hierbij speelde ook het wederzijds respect voor elkaars godsdienst een belangrijke rol. De ‘Indianen’ namen soms zelfs deel aan de Quaker Stille Samenkomsten. Zij herkenden daarin de aanbidding van de ‘Grote Geest’.

Als gevolg van een concern van de Amerikaanse Quaker Douglas Steere is indertijd in Japan een dialoog ontstaan tussen christenen en zenboeddhisten. Tijdens de Vietnamoorlog werkten Quakers en Boeddhisten zij aan zij aan noodleniging en bezochten elkaars religieuze bijeenkomsten.

Dergelijke contacten vinden tegenwoordig nog steeds plaats, niet uit zendingsijver, maar uit de behoefte de onderlinge verstandhouding te verbeteren.
Er wordt ook, van beide kanten, wezenlijke verwantschap en inspiratie gevoeld. Dat betreft dan vooral de mystieke richtingen binnen andere godsdiensten, waarin dogma en ritueel minder centraal staan: Soefi in Islam, Mindfulness in Boeddhisme en Zenboeddhisme.

Zo heeft de Vietnamese Boeddhist Thich Nhat Hanh met Quakers in Parijs gewerkt; zijn pad van liefde, het begrijpen en de vreugde van het volle bestaan is aan ons gedachtengoed zeer verwant. Niemand weet immers meer over God dan iemand…
De nederige, zachtmoedige, genadige, rechtvaardige, vrome en toegewijde zielen behoren overal dezelfde God toe. Wanneer de dood het masker af heeft genomen, zullen ze elkaar kennen, hoewel de verschillende kledij die ze hier dragen hen vreemden voor elkaar maakt. William Penn, 1693, QF&P 19.28

O God geef mij Licht in mijn hart, Licht in mijn tong, Licht in mijn gedrag, Licht in mijn zien, Licht in mijn gevoel, Licht in ieder deel van mijn lichaam, Licht voor mij en Licht achter mij. Geef mij, ik smeek u, Licht aan mijn rechterhand en Licht aan mijn linkerhand, Licht boven mij en Licht beneden mij. O Heer, laat het Licht groeien in mij, geef mij Licht en verlicht mij. Soefi-gebed.

De grootste openbaring is de Stilte.

Lao Tse.

Door de Quakers ben ik in aanraking gekomen met mensen van verschillende religie en inzicht, die echter eenzelfde geweldloze instelling hebben.
Het zijn geen passieve mensen, maar integendeel zeer bewust levenden, die kiezen voor liefde en gerechtigheid, maar met middelen die passen bij het doel waarvoor ze zich inzetten.

Inge Herrebout, 1981.

Henoch wandelde met God Jezus wandelde met zijn Vader Met wie wandel jij? Wij proberen als Quakers te wandelen met onze naasten en zodoende met God. Als je wandelt gaat het veel beter als je een kaart bij je hebt.
Wij vragen ons al enige tijd af, welke kaarten en gids gebruiken wij?

Zijn het geschriften van George Fox en de oude Quakers – is het de Bijbel? Welke hedendaagse gidsen gebruiken wij?
Kunnen en mogen we ook putten uit de gidsen van andere religies?
Zendbrief Nederlandse Jaarvergadering, mei 1986.

De geestelijk leider van de Tibetaanse Boeddhisten, de Dalai Lama, zegt:
“Men kan van het geestelijk pad geen enkele fase overslaan en slechts geleidelijk vorderen. Wie bij mediteren te snel succes wil raakt innerlijk verward of wordt teleurgesteld. Zoek eerst de vrede en harmonie in het dagelijks leven en tracht de geest van welgezindheid en vrede in de wereld te doen toenemen.”
Leuntje Kuipers,1987

Een aantal Joden, waarvan sommigen het Joodse geloof praktiseren, zijn leden en bezoekers van Quaker groepen, hier en elders. Vrijzinnige Joden erkennen Jezus als een belangrijke profeet. Ik kan goed leven met dat perspectief. Jezus was door en door Joods. Ik denk niet dat Jezus een christen was; de ontwikkeling van de christelijke theologie komt voort uit de interpretaties van Paulus en anderen. Jezus was de belangrijkste leraar in mijn leven. Vele Joden hebben passie voor rechtvaardigheid, wat in overeenstemming met de profetische traditie. Als een Joodse vriend het eens tegen me zei: Quakers en Joden geloven beide dat we de verantwoordelijkheid hebben voor ‘tikun olam’; het repareren van de wereld. Dat concept is verbonden met het vrijzinnige Joodse concept van de ‘Messias’, niet geïdentificeerd als persoon, maar als een volwassen worden van vrede en gelijkwaardigheid wanneer alle volkeren naar de berg van Jahweh komen.

Helen Gould, 1992
In: This We Can Say – Australian Quaker Life, Faith and Thought, 1.67, 2004

Thema van onze Jaarvergadering is: ‘Luisteren naar, Spreken tot, Handelen met elkaar”. Het is dus de ernst en de zorgvuldigheid waarmee John Woolman ons de trits van Luisteren, Spreken en Handelen voorleefde die de essentie onzer bezinning is tijdens onze Jaarvergadering. Het valt op dat wij hier een thema hebben dat ook elders sterk leeft, de exponent is van een actuele spirituele stroming. Ik denk daarbij allereerst aan Thich Nhat Han, de boeddhistische

Zen-leraar, die een tijd lang ‘onderrichtte’ op het Parijse Quaker Centrum en na een verblijf in Amerika een retraiteoord heeft in de Dordogne. Centraal in zijn boodschap staat een begrip: ‘Mindfulness’, het aandacht hebben voor alle kleine details in het hier en nu, aandacht met betrekking tot ons zelf, tot de natuur, tot de anderen om ons heen. En wat is deze ‘mindfulness’ anders dan het thema: Luisteren naar, Spreken tot en Handelen met elkaar?

Daarnaast denk ik aan Raymond Panikkar, zoon van een Indiase vader en een Spaanse moeder, godsdienstfilosoof, puttend uit Indiase en Christelijke bronnen. In zijn boek “Heilige eenvoud” houdt hij een pleidooi ons leven zo eenvoudig mogelijk te houden, zodat we in nauw contact kunnen blijven met de Goddelijke bron. Hij ziet hierin het wezen van de roeping tot het monnik zijn; dus niet de celibataire staat of in een klooster gaan, maar in de eenvoud des levens, zoals John Woolman ons deze voorleefde.
Anton van de Wissel, 1999

Quakerzijn houdt een relatie tot Christus in, waarvan ook Fox, Fell en anderen getuigden, aldus Michael Langford. Zeggen dat het Quakergeloof universeel is, betekent nog niet dat iedereen het zou moeten accepteren. Hij gelooft niet dat er zoiets zou kunnen of moeten zijn als één enkele wereldgodsdienst of een theologie voor iedereen.

De grootste godsdiensten hebben veel ideeën en ethische principes gemeen. Ze zetten zich allemaal in voor de menselijke waardigheid, maar vragen van hun aanhangers een toewijding, die veel Vrienden niet lijken te willen geven, aldus Michael.
Veronderstellen dat aanhangers van andere godsdiensten zich zouden kunnen vinden in een overkoepelende filosofie of ethisch systeem waarvoor ten onrechte de naam “Quakerisme” gebruikt wordt, getuigt van weinig respect en is niet bevorderlijk voor waarachtige dialoog. Wanneer – vervolgt Michael – Quakers beter in staat zouden zijn te getuigen van hun eigen verstaan van het christelijke evangelie, zouden wij beter samen kunnen leven met aanhangers van andere godsdiensten.

Marianne IJspeert, 2003, in een bespreking van een artikel van Michael Langford “A Theology for Quakers”, In The Friend, januari 2003.

Terug naar inhoudsopgave

<== Vorige: 3.10  Oecumenische samenwerking
Volgende: 4.1  Bouwers met God ==>

3.3 Inkeer en gebed

De eerste Vrienden voelden al aan dat één Stille Samenkomst per week te weinig is voor het geloofs- en gemeenschapsleven. Daarom kwamen de Vrienden vroeger ook midden in de week samen voor een wijdingssamenkomst.
Tegenwoordig is er slechts één dienst per week en zelfs dan is lang niet iedereen in staat die elke zondag bij te wonen.

De leiding van het Licht dringt zich, in tegenstelling tot de (ver)leiding van de wereld en het ego, niet op aan de mens, maar moet actief gezocht worden. Daarom is het belangrijk om God te zoeken in momenten van stilte en inkeer.
Dat kan op vele manieren. Hiervoor zal de één zich terugtrekken in de natuur, terwijl de ander gewoon in stilte gaat zitten. Weer anderen zullen de Bijbel pakken of een ander inspirerend boek, om van daaruit de weg gewaar te worden die men heeft te gaan of om zich dichter bij God te voelen. Ook de Overwegingen en Vragen (zie hoofdstuk 10) kunnen als hulpmiddel worden gebruikt om het eigen leven tegen het Licht te houden.

Door afstand te nemen van zichzelf en als ‘buitenstaander’ het eigen functioneren te beschouwen komt men tot dieper inzicht in innerlijke roerselen en motieven. Zo kan men zich door inkeer niet alleen boven het alledaagse verheffen, maar ook tot zelfonderzoek komen. Het zoeken naar het Licht brengt ons vaak op de goede weg. Wij ontdekken wie wij zelf zijn en krijgen steun om ons te helpen in waarachtigheid te leven vanuit “het Licht dat ieder mens verlicht”.

De momenten van stilte en inkeer wekken op onnaspeurbare wijze het verlangen in ons naar het Koninkrijk van Vrede en stimuleren ons de medemens als partner en niet als hinderpaal of tegenstrever te zien. Een actief individueel geloofsleven en de gezamenlijke Stille Samenkomst versterken elkaar in hun positieve invloed op de kwaliteit van leven van het individu en op dat van de gemeenschap als geheel.

‘Laat af en wordt je bewust dat ik God ben’

Psalm 46, vers 11

Judith, een zeer bijzondere en begaafde vrouw, die van Doopsgezind Quaker was geworden en tot haar dood in 1664 alle Quakergroepen in ons land o.a. in Alkmaar, Haarlem, Leiden, Rotterdam geregeld bezocht schreef eens: “…en als gij te eniger tijd weinig opwekking gevoelt, denkt dan niet dat God zich niet om u bekommert; maar keer in tot u zelf, tot het zuivere Licht, en laat dit uw rustpunt zijn. Dan kan het wezen dat gij de oorzaak zult ontdekken waarom het besef van de Tegenwoordigheid van God u tijdelijk had verlaten, zodat gij, de oorzaak daarvan verwijderende, God weer zult beleven tot uw eigen vertroosting.” Judith Zinspenning, 1660-er jaren.

Wacht niet alleen dagelijks mijn dierbare Vrienden, maar wacht zelfs alle uren op God. Ach, hoe dikwijls spreekt David van het wachten op God? (….)Vertrek daarom naar uw heilige binnenkamers, zijn Stilte, en de Heer zal u troostend toespreken.
Gezegend zijn degenen die op hem wachten.

William Penn, 1677.
In: De Oude Waarheyd Ontdekt, Rotterdam, 1684, blz. 66

Alleen wie zelf stil kán zijn, kan het zelf beleven van “God-verwachtende stilte” doormaken. Wel is een ieder ertoe instaat, doch velen komen slechts zelden tot het beleven van deze Godgewijde stilte, en soms wordt deze stilte niet als zodanig herkend door de persoon die ze beleeft. Wij moeten onszelf op dat punt waakzaam houden, ja het met ernst zoeken d.w.z. het rumoer weten te ontgaan.

Daan Daamen, 1938

Laten wij het vooral aandurven, stil te zijn, niet alleen in de wijdingssamenkomst, maar ook in onze eigen kamer, en om tijd te hebben voor een gebed.
Lyd van Andel, 1957.

Wat gebeurt er in het heelal?
Ignatius van Loyola heeft eens gezegd:
“Ik kom van God, behoor aan God, en ik ga naar God terug”.
Deze drie getuigenissen zijn excellente onderwerpen voor een meditatie.
Zij veronderstellen wat alle christelijke gebeden veronderstellen: dat wij niet bidden in een vacuüm.
Als ik bid is het meest belangrijke dat ik tot die diepe innerlijke realisatie kom van wat er plaatsvindt in de kosmos.
Er is een proces van kostbare verzoening gaande in het hier en nu.
Het bevestigt dat God de grond van ons bestaan is en dat Hij de liefdevolle helper is voor iedere man en vrouw die in deze wereld komt.
God kwam tot ons zichtbaar in de persoon van Jezus Christus. Dat gaat nog steeds door. Deze bevrijdende liefde kan elke scheiding verzoenen, elke tweedracht, elke onenigheid. Wanneer ik bid, begin ik niet met dat proces. Dat is reeds aanwezig, dat zette mij aan tot bidden.

“Je zou mij niet zoeken, als je mij niet reeds gevonden had.”
Wanneer ik bid, ontwaak ik, ik luister en ontdek dat het vertrouwen in mijn gebed opgenomen werd in een kracht machtiger dan ik mij had kunnen voorstellen, als ik dat niet zelf ervaren had.
Douglas Steere in: ‘Prayer in the Contemporary World

Bidden is jezelf relativeren. Leven kan bidden zijn als je voldoende ruimte laat voor zelfrelativering, voor spel.
Een bijdrage in de wijdingssamenkomst tijdens de Algemene Vergadering, 1998

Spiritueel leven betekent: leven vanuit je hart, je geest, je lichaam, je omgeving – vanuit een heelheid. ‘Ik kwam zodat zij zouden leven’, zo zegt Jezus, ‘zodat zij ten volle zouden leven’ ( Joh. 10:10).
Zo vormt spiritualiteit de weg naar heelheid van mensen, natuur, milieu, van de Schepping.
Henk Ubas, 2000

Terug naar inhoudsopgave

<== Vorige: 3.2 Bijzondere stille samenkomst
Volgende: 3.4 Getuigenissen==>